Doel en uitvoering

Europa moet beter in staat zijn om zichzelf en de eigen veiligheidsbelangen te verdedigen. Europa moet zelfredzamer worden. De Europese landen, dus ook Nederland, moeten daarvoor samen sterker worden. Dit doen we via de NAVO, de EU en internationale samenwerking.

Doel

Defensie wordt een toekomstbestendige organisatie, ingebed in de NAVO, de EU en de samenleving. Defensie versterkt het fundament van de organisatie en transformeert naar een hoogtechnologische organisatie met een snel reactievermogen en groot aanpassingsvermogen, zodat Defensie voorbereid is op de dreigingen van vandaag en morgen.

Defensie moet kunnen vechten als dat nodig is en samen met partners in staat zijn de gezamenlijke belangen te beschermen. Ook onder de grens van het gewapend conflict moet Defensie zich klaarmaken voor zeer uiteenlopende vormen van inzet. Defensie zet in op de capaciteiten waar Nederland de grootste meerwaarde heeft ten opzichte van onze partners. Daarbij worden de technologische, maatschappelijke en ecologische ontwikkelingen die de samenleving en Defensie beïnvloeden, meegenomen. Die ontwikkelingen lopen uiteen van de gevolgen van klimaatverandering tot trends op de arbeidsmarkt.

Effecten

Door het fundament te versterken en zoveel mogelijk uit de bestaande organisatie te halen, wordt Defensie operationeel relevanter en financieel bestendiger. De organisatie kan zich dan concentreren op de kern: de inzet van de krijgsmacht in binnen- en buitenland. Ondertussen transformeert Defensie naar een slimmere, technologisch hoogwaardiger organisatie met een sneller reactievermogen, groter aanpassingsvermogen en betere gevechtskracht, handelend op basis van de beste informatie.

Daarvoor gaat Defensie de volgende effecten bereiken:

1. Hogere gereedheid en inzetbaarheid: Defensie moet er sneller, vaker en langer kunnen staan. De diverse en complexe dreigingen in meerdere domeinen tegelijk vragen daar om.

Defensie moet er kunnen staan als onze veiligheid wordt bedreigd. Dit vraagt ten eerste om het versterken van de operationele ondersteuning en het verhogen van de inzetvoorraden. Dit zijn nu grote knelpunten, waardoor we niet alles uit de krijgsmacht kunnen halen wat erin zit en regelmatig ‘nee’ zeggen tegen verzoeken van partners. Met investeringen in vuursteun en luchtverdediging, bevoorrading, geneeskundige eenheden, operationele IT, munitie en reserveonderdelen, zorgt Defensie dat meer inzet mogelijk is. Ook investeringen in het materieel en in oefeningen dragen bij aan het verhogen van de gereedheid en inzetbaarheid. Defensie investeert bovendien in het personeel: zo bieden we onze mensen voldoende flexibiliteit, uitdagend en betekenisvol werk, carrièreperspectief en een passende beloning. Daarmee wordt Defensie voor een grotere doelgroep blijvend aantrekkelijk. Met voldoende en gekwalificeerde mensen kan Defensie vechten als dat nodig is.

2. Gerichte verbetering van de gevechtskracht: Defensie moet in staat zijn om te vechten en te winnen. Dat schrikt af. We kiezen voor gerichte versterking op een aantal capaciteiten.

Defensie moet, samen met partners, een antwoord geven op dreigingen in alle domeinen. Tegenstanders moderniseren hun wapensystemen en vergroten zo voortdurend de impact daarvan. Defensie moet daarom ook beschikken over hoogwaardige capaciteiten. Die schrikken af, zodat we een conflict voorkomen. Maar als dat conflict toch uitbreekt, vecht Defensie om te winnen. Omdat Nederland niet alles alleen kan, kiest Defensie op basis van de kwaliteiten en geografische ligging van Nederland gericht voor capaciteiten die voor onze partners van grote meerwaarde zijn. Zo versterkt Defensie de gezamenlijke gevechtskracht van de NAVO en EU. Met de investeringen van dit kabinet versterkt Defensie daarom de inlichtingenketen, cybercapaciteiten, special operations forces, vuursteun en de geïntegreerde lucht- en raketverdediging.

3. Meer wendbaarheid: Defensie moet zich snel kunnen aanpassen aan dreigingen en  crisissituaties die zich plotseling aandienen. Daarvoor moet Defensie snel op- en af- kunnen schalen en maatwerk leveren, vanuit een stevig fundament.

In crisissituaties, zoals de oorlog in Oekraïne en de coronacrisis, moet Defensie zich razendsnel kunnen aanpassen. Daarom investeert Defensie in ondersteuning, in samenwerking met partners en in reservisten en hun werkgevers. Defensie gaat bovendien sneller beschikken over betere en betrouwbaardere informatie. Ook investeringen in kennis en innovatie zorgen voor wendbaarheid: Defensie moet ook het gevecht van morgen kunnen winnen.

De meest acute problemen zijn inmiddels opgelost, maar we zijn er nog niet. Het is noodzakelijk om meer te investeren in de IT-infrastructuur en het vastgoed, maar ook in fysieke en sociale veiligheid. Ook dat maakt ons wendbaarder. Daarnaast zullen we de eigen regelgeving vereenvoudigen om procedures te versnellen. Bij Rijksbrede regels en beleid zal rekening gehouden worden met de bijzondere positie van Defensie.

Actielijnen

De hierboven beschreven effecten zijn de rode draad voor de plannen in deze kabinetsperiode. Die effecten realiseert Defensie langs 6 actielijnen, die ook de structuur van deze Defensienota bepalen:

  1. Krachtige ondersteuning: door te investeren in de ondersteuning van gevechtseenheden (combat support en combat service support) en in inzetvoorraden kan Defensie sneller, vaker en langer optreden. Defensie gaat meer en vaker oefenen in meerdere domeinen en met internationale partners.
  2. Een goede werkgever, verbonden met de samenleving: defensiepersoneel verdient een goede beloning, de mogelijkheid om zich te ontwikkelen en een veilige werkomgeving. Defensie investeert daarom in arbeidsvoorwaarden, in modern personeelsbeleid en in gezonde bedrijfsvoering en werkomgeving. Daar hoort ook bij dat het vastgoed wordt aangepakt.
  3. Versterken van specialismen: Defensie investeert gericht in een aantal capaciteiten en kwaliteiten waar we van grote meerwaarde zijn. Daarmee vergroot Defensie de gevechtskracht en effectiviteit van inzet. De krijgsmacht werkt ten aanzien van deze specialismen nauw samen met onze bondgenoten. Hiermee levert Defensie een belangrijke bijdrage aan de veiligheid van Europa.
  4. Meer Europese samenwerking: samenwerking is essentieel om onze veiligheid te waarborgen. We zijn sterker als we samenwerken met partners, multilateraal en bilateraal. Nederland zal hierin een voortrekkersrol vervullen. Een sterkere EU op het gebied van gemeenschappelijke veiligheid en defensie betekent een sterkere NAVO.
  5. Innoverend vermogen en nieuwe domeinen: als technologische ontwikkelingen zo snel gaan als nu, is stilstand achteruitgang. Daarom blijft Defensie vooroplopen in onderzoek en ontwikkeling, en in de verkenning van nieuwe domeinen. Zulke innovatie levert vaak kansen op voor Nederlandse kennisinstellingen en bedrijven in andere sectoren.
  6. Informatiegestuurd optreden: betere toegang tot, en gebruik van data en informatie leidt tot betere besluiten en vergroot de effectiviteit van onze operaties in alle domeinen (inclusief het cyberdomein). Daartoe investeert Defensie naast een robuuste IT-infrastructuur in verdere integratie en versterking van sensor-, wapen- en commandovoeringssystemen, capaciteiten om informatie sneller en beter te kunnen verwerken en defensieve en offensieve middelen in de informatieomgeving. Informatiegestuurd optreden vindt plaats binnen de geldende juridische kaders. Bovendien stelt het verbeteren van de informatiehuishouding de krijgsmacht in staat transparanter te zijn.

Verder lezen?

Ga naar de volgende pagina. Of ga terug naar de overzichtspagina van de Defensienota 2022.