Actielijn 4 Defensienota: meer Europese samenwerking

De wereldorde verandert snel. Europa heeft voor haar veiligheid een sterke NAVO en sterke EU nodig. Europese krijgsmachten moeten samen een grotere bijdrage leveren. Dit vraagt om meer Europese en internationale samenwerking. Defensie gaat hierin een voortrekkersrol vervullen.

Europese landen moeten zichzelf en hun belangen beter kunnen verdedigen. De vrijheid, veiligheid en welvaart van Europese burgers moeten worden beschermd. Dat kan Nederland alleen samen met onze bondgenoten en partners: het geheel is meer dan de som der delen.
Een sterke NAVO en een sterke EU zijn nodig. De NAVO is de hoeksteen van onze collectieve verdediging. Europese landen kunnen op dit moment niet voldoende bijdragen aan de  Europese vrede en veiligheid. Maar liefst 70% van de NAVO-capaciteiten zijn van de VS. De situatie in Europa leidt er toe dat Europese partners hun bijdrage aan de gezamenlijke veiligheidsarchitectuur verhogen. Duitsland besloot zijn defensie-uitgaven in 2022 te verhogen tot de afgesproken 2% van het bruto binnenlands product (bbp). Ook Nederland verhoogt zijn defensiebudget substantieel om bij te dragen aan de Europese veiligheid. Europa is een krachtiger partner in de trans-Atlantische relatie als de Europese landen een grotere rol kunnen spelen in het beschermen van de eigen belangen. Daarvoor is het nodig dat Europa zelfstandig kan beschikken over basale capaciteiten zoals strategisch luchttransport. De tijd van business as usual is voorbij; de Europese veiligheidssituatie vraagt om daadkracht.

Meer Europese samenwerking

Defensie werkt met vele bondgenoten en partners samen, onder meer in NAVO- en EU-verband. Dat gebeurt op 3 niveaus: politiek-strategisch, operationeel en materieel. Concreet gaat het om samenwerking op het vlak van oefenen en trainen, missies en operaties, verwerving van materieel en systemen ter bevordering van de operabiliteit en standaardisatie. Net als Nederland, verhogen andere (Europese) landen hun defensie-uitgaven. Zo investeert bijvoorbeeld Duitsland fors in de krijgsmacht. Dit is dus het moment om slimmer samen te werken. Nederland zal hierin een voortrekkersrol vervullen. Daarmee wordt bijgedragen aan het sneller verhogen van de gezamenlijke operationele gereedheid, het tegengaan van fragmentatie en het versterken van de Europese veiligheidsarchitectuur. Zo wordt Nederland sterker en Europa veiliger. 

Denk bij samenwerking aan:

  • EU
  • NAVO
  • VN
  • Missies en inzet
  • Specialisatie
  • Militaire mobiliteit
  • Pooling en sharing
  • Trainen en oefenen
  • Projecten
  • Materieel (aanbesteding, ontwikkeling, aankoop, onderhoud en vervanging, schaalvergroting)
  • Innovatie
  • Standaardisatie
  • Interoperabiliteit
  • Taakuitvoering
  • Tegengaan strategische tekortkomingen
  • Kennisuitwisseling

Nederland werkt al decennia samen met bondgenoten en partners, multilateraal en bilateraal, in allianties en gelegenheidscoalities. Samenwerking is verweven in alles wat Defensie doet. Samenwerking levert voordelen op. Door slim samen te werken, bijvoorbeeld door transportcapaciteit te poolen and sharen, creëren we ruimte om in andere capaciteiten te investeren. Door slim te investeren, kunnen we beter gebruikmaken van onze meerwaarde en behoeften die in de EU of NAVO bestaan invullen. Door hetzelfde materieel te kopen, zetten we stappen op het gebied van interoperabiliteit en standaardisatie. Het synchroniseren van onze investeringen verbetert de gezamenlijke slagkracht.

Strategisch kompas

Het nieuwe Strategisch Kompas van de EU en het aanstaande Strategisch Concept van de NAVO bieden veel aanknopingspunten om de Europese en internationale samenwerking te verbreden en verdiepen. Het Strategisch Kompas van de EU geeft richting aan het Europese veiligheid- en defensiebeleid voor een periode van 5 tot 10 jaar. De EU stelt zichzelf in het Strategisch Kompas tot doel om crisismanagementoperaties beter uit te voeren, de weerbaarheid tegen cyber, hybride en klimatologische dreigingen te vergroten, meer te investeren in gezamenlijke capaciteiten en de samenwerking met de NAVO te versterken. De NAVO herziet het Strategisch Concept uit 2010 om daarmee beter sturing te kunnen geven aan het handelen van het bondgenootschap de komende jaren. De NAVO-bondgenoten zullen het Strategisch Concept aannemen op de Top van Madrid in juni 2022. Het Strategisch Concept zal uitgebreid aandacht besteden aan het beschermen van het NAVO-verdragsgebied. Naar verwachting zal daarbij ook aandacht uitgaan naar hybride dreigingen.

De komende jaren wil Nederland een voortrekkersrol spelen in het verbreden en verdiepen van deze Europese en internationale samenwerking. Binnen de NAVO en de EU, in kleinere  verbanden en bilateraal. Dat is juist nu cruciaal, om te zorgen dat verschillende landen niet los van elkaar en gefragmenteerd investeren in de eigen, nationale krijgsmachten. Het geheel is namelijk meer dan de som der delen; samen staan we sterker. Nederland intensiveert de hechte multilaterale en bilaterale samenwerking die de afgelopen jaren is opgebouwd met de strategische partners Duitsland, Frankrijk, België, Luxemburg, Noorwegen, het VK en de VS. Met buurlanden worden verdergaande afspraken gemaakt over behoeftestellingen, het ontwikkelen van capaciteiten, inkopen en onderhouden van materieel, opleiden van personeel, gezamenlijk trainen en deelnemen aan missies. Maar Nederland kijkt ook nadrukkelijk naar andere  partners, omdat we gebruikmaken van de dezelfde systemen, omdat we van nature goed kunnen samenwerken, omdat we goed zijn in dezelfde dingen of elkaar kunnen aanvullen. Nederland zet in op versterking van de samenwerking, met name binnen Europa. Zodat Europa in staat is haar eigen burgers te beschermen. 

Met de groei van het Nederlandse defensiebudget, en dat van onze partners, ontstaan kansen om nog beter internationaal samen te werken. Binnen de EU biedt de Coordinated Annual Review on Defence (CARD) aanknopingspunten voor internationale samenwerking. We maken daarvoor gebruik van EU-instrumenten als Permanent Gestructureerde Samenwerking (PESCO) en het Europees Defensiefonds (EDF). Die kansen benutten we om doelmatig te investeren.  Bijvoorbeeld door te kiezen voor dezelfde wapensystemen, zodat we gezamenlijk onderhoud kunnen uitvoeren en makkelijker en beter kunnen oefenen en inzetten. Hiermee vergroten we de interoperabiliteit en daarmee de slagkracht van de Europese landen. Met gezamenlijke Europese inkoop behalen we schaalvoordelen. Via samenwerking versterkt Nederland bepaalde specialismen, zoals op cybergebied. Defensie gebruikt het huidige momentum door de ontwikkeling van Europese defensiecapaciteiten nog dit jaar een impuls te geven. Door samen met bondgenoten en partners te oefenen, zorgt Nederland ervoor dat we elkaar niet pas in een crisis- of conflictsituatie tegenkomen. Dit doet Nederland omdat we ons realiseren dat de culturen, werkwijzen, systemen en tactieken verschillen en oefenen zorgt ervoor dat we ons leren aanpassen. 

Nederland maakt gebruik van bestaande instrumenten, zoals het NAVO  Defensieplanningsproces (NDPP), PESCO, het EDF en de Europese Vredesfaciliteit (EPF) om de internationale samenwerking te versterken. Binnen PESCO speelt Nederland al een voortrekkersrol op militaire mobiliteit. Dit bouwen we verder uit nu ook de VS, Canada en Noorwegen aan dit EU-project deelnemen. Binnen het EDF heeft Nederland de ambitie om een voortrekkersrol te vervullen in projecten op het gebied van cyber en het maritieme domein, zoals op semi-autonome platformen. Ook wordt gekeken naar verdere mogelijkheden voor pooling and sharing van capaciteiten, zoals al wordt gedaan voor bijvoorbeeld MRTT. Dankzij dergelijke projecten van de NAVO en EU wordt de gezamenlijke Europese slagkracht vergroot.

De meest intensieve vorm van samenwerking vindt plaats bij inzet. Nederland draagt op dit moment in NAVO-verband bij aan de verdediging van het verdragsgebied, onder andere met de vooruitgeschoven aanwezigheid op zee, land en in de lucht langs de oostgrens van het NAVO-grondgebied. In het licht van de huidige ontwikkelingen aan de oostflank zal veel nadruk blijven liggen op de bescherming van het nationale en het bondgenootschappelijke grondgebied. Daarbij streeft Nederland altijd naar een geïntegreerde benadering, waarbij inzet van de  krijgsmacht, diplomatie en ontwikkelingssamenwerking hand in hand gaan. 

Daarnaast wil Nederland door het verhogen van de gereedheid en inzetbaarheid in staat blijven een waardevolle en evenredige bijdrage te leveren aan vredes- en stabiliteitsoperaties in EU-, NAVO en VN-verband aan de randen van Europa. Op die manier kan Nederland onder andere een bijdrage blijven leveren aan de veiligheidsinzet in het Midden-Oosten, inclusief het bestrijden van terreurorganisaties die de stabiliteit in de regio ondermijnen. Met deze vormen van inzet levert Nederland, in het licht van de diversiteit aan dreigingen, een bijdrage aan een veilig en zelfredzaam Europa. Daarbij moeten ook lessen worden getrokken uit eerdere inzet, zoals bijvoorbeeld die in Afghanistan.

Acties

Samenwerking in NAVO- en EU-verband

  • Nederland blijft zich inzetten voor betere interoperabiliteit en meer standaardisatie binnen de EU en de NAVO, als essentiële basis voor effectieve samenwerking met als doel het militair vermogen te vergroten.
  • Om beter internationale aansluiting te vinden, zal Defensie zijn eigen planprocessen meer in lijn brengen met die van de EU en de NAVO.
  • Defensie vergroot haar capaciteit voor deelname aan PESCO-projecten en versterkt het Europese netwerk, onder meer door het vergroten van de Nederlandse presentie bij EU-instellingen, waardoor de samenwerking nog dit jaar een impuls krijgt.
  • Defensie investeert in EU-projecten voor capaciteitsontwikkeling door de nationale cofinanciering daarvoor te verruimen.
  • Defensie gaat een grotere bijdrage leveren aan militaire EU-missies en -operaties.  Defensie draagt ook bij aan de EU rapid deployment capacity die in 2025 onder Duitse leiding zal staan.
  • Nederland zal de komende jaren zijn bijdrage aan het EU-hoofdkwartier versterken.
  • Nederland pakt in de EU gericht de rol van voortrekker op een aantal terreinen, zoals we dat nu al doen op het gebied van militaire mobiliteit. Binnen het Europees Defensiefonds zet Nederland onder andere in op projecten op het gebied van maritieme veiligheid, energie en cyber.
  • Defensie werkt met partners concrete stappen uit voor de gezamenlijke ontwikkeling en aanschaf van materieel en middelen, gezamenlijk onderhoud en pooling and sharing van capaciteiten. In dit kader zoekt Defensie nadrukkelijk naar mogelijkheden in de aangekondigde maatregelen in het Commissierapport over defensie-investeringen. 

Overige multilaterale samenwerking

  • Defensie gaat met de Europese partners samenwerken op het gebied van gereedstelling, inzet en onderhoud van de F-35.
  • Defensie zet zich in voor intensievere militaire samenwerking in bijvoorbeeld de Northern Group, Joint Expeditionary Force en het European Intervention Initiative, militaire samenwerkingsverbanden zoals de Arctic Security Forces Roundtable en gebruikersgroepen voor materieel als de Boxer User Group en de F-35 European User Group.
  • Door te investeren in betere ondersteuning (actielijn 1) kan Defensie vaker ingaan op nationale en internationale hulpverzoeken. Een voorbeeld hiervan is de inrichting van een gespecialiseerde helikoptereenheid voor SOF-optreden.
  • Defensie werkt ook samen met internationale organisaties als het Internationale Strafhof (ICC) om onderzoek te ondersteunen naar vermeende oorlogsmisdrijven.

Bilaterale samenwerking

  • De basis voor samenwerking – en zeker de langlopende bilaterale samenwerking met strategische partners – wordt gevormd door het hebben van voldoende en de juiste mensen binnen Defensie. Door hierin te investeren (actielijn 2) is het mogelijk om deze intensieve maar vruchtbare en efficiënte vorm van samenwerking met onze partners voort te zetten en te versterken.
  • Met Duitsland wordt de samenwerking op het gebied van landoptreden versterkt door verdere integratie van beide landmachten, waarbij geïnvesteerd wordt in gezamenlijk gebruik van gevechtsondersteuning zoals vuursteun en voertuigen, maar ook verdere (versnelde) digitalisering van het landoptreden met tactische eenheden.
  • Eveneens met Duitsland wordt de samenwerking uitgebreid op het gebied van helikopters ter ondersteuning van snel inzetbare en speciale eenheden.
  • Door de ondersteuning te versterken (actielijn 1) van het Duits-Nederlandse  tankbataljon, zodat het bataljon zelfstandig kan oefenen en kan worden ingezet, kan dit gezamenlijke bataljon vaker en langer worden ingezet.
  • Met België wordt de maritieme samenwerking voortgezet en uitgebreid op het gebied van opleiding en training van personeel, verwerving en onderhoud van materieel en operationele gereedstelling van de varende eenheden zoals de fregatten en mijnenbestrijdingsvaartuigen.
  • Door te investeren in datgene waarin Defensie van de grootste meerwaarde is (actielijn 3), wordt de Nederlandse krijgsmacht herkenbaarder voor partners en aantrekkelijker om mee samen te werken. Een voorbeeld hiervan is de uitbreiding van de lucht- en raketverdediging op en vanuit zee met systemen die ballistische raketten detecteren en vervolgens onderscheppen. Dit is waardevol voor de samenwerking op het gebied van marine met de VS.
  • De komende jaren wordt het vakgebied van de militaire diplomatie verder geprofessionaliseerd. Hierdoor kunnen we onze internationale netwerken en informatiepositie versterken en wordt de samenwerking met internationale partners versterkt.

Verantwoording

Doeltreffendheid

Defensie zet in op het versterken van samenwerking met Europese partners. Bijvoorbeeld door te investeren in programma’s die tot doel hebben gezamenlijk capaciteiten op te bouwen, interoperabiliteit te vergroten en de Europese industrie te versterken zoals het EDF) wordt de samenwerking in woord en daad versterkt. Dat is noodzakelijk, en dat doel kan nu bereikt worden.

Doelmatigheid

Defensie komt door samenwerking tot een doelmatige besteding van middelen en bereikt op die manier zoveel mogelijk slagkracht voor iedere euro, meer effectiviteit en een hoge interoperabiliteit en standaardisatie. Zo bereikt Defensie bijvoorbeeld samen met Europese partners schaalgrootte door minder verscheidenheid in typen en varianten. Via het EDF wordt daarnaast aanspraak gemaakt op financiering vanuit de EU. Deelname aan internationale projecten heeft een positief effect op de positionering van de Nederlandse Defensie-industrie en de kennisinstellingen.

Verder lezen?

Ga naar de volgende pagina. Of ga terug naar de overzichtspagina van de Defensienota 2022.