Operationeel relevant blijven

Organisatie

"Wat zouden jullie nu tekenen?" Met deze vraag sloot ik mijn toespraak op de Topdag op 8 oktober af. Ik doelde hiermee op een blanco vel papier waarop we een andere inrichting van onze krijgsmacht gaan tekenen. Als we kijken naar de dreigingen en de ontwikkelingen van onze tegenstanders op nieuwe domeinen. Wat hebben we dan minimaal nodig om operationeel relevant te blijven?

We gooien zeker niet weg wat we hebben. Maar we moeten wel sneller, slimmer en sterker worden. In mijn Commander’s Intent  heb ik daarom 4 speerpunten voor de komende jaren vastgesteld, gebaseerd op de Defensievisie 2035. Ik leg de focus op schaalbare eenheden, informatiegestuurd en gedigitaliseerd, multidomein optreden en samen met (internationale) partners.

Liever hadden jullie van mij al concrete keuzes gehoord en dat begrijp ik. Die duidelijkheid kan ik helaas nog niet geven, want er is nog geen nieuwe regering en daarmee geen duidelijkheid over ons budget voor de komende jaren – afgezien van de ruim € 400 miljoen die ons na Prinsjesdag is toegezegd.

Arbeidsvoorwaarden 

Tegelijkertijd realiseer ik mij ook dat jullie denken: “mooie plannen CDS... maar zorg eerst dat de basis op orde komt”. Om te beginnen op personeelsgebied. Jullie hebben de uitkomsten van de gesprekken met de vakbonden kunnen lezen en hierover een mail van de minister, de secretaris-generaal en van mij ontvangen op 22 oktober. Ik begrijp dat het tegenvalt. Waarom heb ik dan toch mijn naam onder het bericht aan jullie gezet? Omdat ik het eens ben met de bonden dat dit het maximaal haalbare is voor 2021. Let wel voor het jaar 2021. Al het geld wat we voor jullie arbeidsvoorwaarden beschikbaar hadden, is met deze uitkomst uitgegeven. Natuurlijk is het niet klaar met alleen een oplossing voor dit jaar. Voor de arbeidsvoorwaarden 2022 willen we dan ook weer zo snel mogelijk aan tafel met de bonden.

Wat voor mij bovenal vaststaat, is dat de transformatie alleen kans van slagen heeft als onze basis op orde komt. We vragen en verwachten veel van iedereen. Daarom mogen onze mensen ook veel terug verwachten. Dus niet misgrijpen als er materialen nodig zijn, werken met middelen die het doen, in een gezonde en veilige omgeving. Daarom pleit ik voor een forse investering in de operationele ondersteuning en inzetvoorraden. Hiermee worden eenheden zelfstandiger en kunnen we onze gevechtskracht beter benutten. Nu kan door een tekort aan ondersteuning en voorraden slechts een beperkt aantal (gevechts)eenheden tegelijkertijd worden ingezet voor missies en opdrachten.

Gezamenlijk optreden 

Terug naar mijn ‘intent’. Het voelt misschien nu nog als een abstract verhaal, als iets wat we pas over jaren gaan uitvoeren. Toch zou ik willen zeggen, laten we gewoon beginnen met de transformatie. Met de noodzakelijke veranderingen die nu nodig zijn. En met iets wat we zelf in de hand hebben en dat is onze mindset. Op weg naar een andere krijgsmacht is het belangrijk dat we – nog meer dan nu – echt gezamenlijk denken, doen en optreden. Dat betekent dat bij elke verandering op onderdeelsniveau altijd meegewogen moet worden hoe dat de krijgsmacht als geheel verstevigt. Voor het optreden op verschillende domeinen tegelijk moeten wij denken in effecten. Het heeft immers geen zin om je voordeur van het beste anti-inbraakslot te voorzien terwijl de achterdeur ondertussen wagenwijd openstaat.

Moeilijkheden overwinnen 

Ik ben mij ervan bewust dat onze transformatie geen gemakkelijke opgave is. Dat sommigen zich storen aan de veelheid aan projecten, proeftuinen en initiatieven. Onze interne communicatie kan en moet daarom beter. Zeker in een tijd waarin de organisatie en haar mensen veel veranderingen meemaken. 

De realiteit is ook dat we bezig zijn met zowel run als change. Dat vraagt veel en zet het absorptievermogen van onze organisatie onder druk. En toch... moeilijkheden overwinnen, uitdagingen aangaan en flexibel aanpassen aan de omstandigheden, is de kern van ons werk. Dus sta open voor nieuwe concepten; kijk kritisch en ga beslissingen niet uit de weg. Daarbij moeten we niet alleen vanuit ons eigen specialisme of vakgebied denken, maar vanuit de krijgsmacht als geheel. Ik vind het belangrijk dat ik tijdens werkbezoeken met jullie in gesprek ga over de koers van Defensie. Zelf spreek ik hierover de komende tijd uitvoerig met alle commandanten en mijn staf. Zodat mijn verhaal op de Topdag een ‘common intent’ gaat vormen. Binnen de ‘wat’ is namelijk nog alle ruimte voor het ‘hoe’. 

Generaal Onno Eichelsheim
Commandant der Strijdkrachten 

29 oktober 2021