Opheffing en heroprichting

Het einde van de Koude Oorlog in 1989 luidde een bewogen periode in voor het Regiment Johan Willem Friso (RIJWF). Nederland besloot op Defensie te bezuinigen en 44 Pantserinfanteriebataljon RIJWF werd mobilisabel gesteld. Dit gebeurde op 16 april 1992 op de Brink in Zuidlaren in aanwezigheid van de lokale bevolking. Als afscheidscadeau kreeg het regiment van de burgemeester van het Drentse dorp een bronzen beeldje van een Fries veulen.

Vergroot afbeelding Burgemeester overhandigt een bronzen beeldje van een Fries veulen. Archieffoto: ministerie van Defensie.
De burgemeester van Zuidlaren overhandigt een bronzen beeldje van een Fries veulen.

Formeel opgeheven

De traditie van het regiment ging over naar 43 Pantserinfanteriebataljon in Assen en de Adolf van Nassaukazerne in Zuidlaren ging dicht. Na een verdere inkrimping van de krijgsmacht verdween in 1994 ook 43 Pantserinfanteriebataljon uit de organisatie. Het Regiment Infanterie Johan Willem Friso werd formeel opgeheven. Ook de tradities van 2 andere infanterieregimenten werden niet langer voortgezet.

Weer paraat

Toch viel het doek niet definitief voor het regiment. Er bleek namelijk al gauw een tekort aan infanteriebataljons te bestaan. De Bevelhebber der Landstrijdkrachten besloot daarom in december 1997 het 44e weer paraat te stellen. Hij deelde het bataljon in bij het opnieuw op te richten RIJWF. Dit had als voordeel dat de tijdelijk regimentsloze Johan Willem Friso Kapel weer bij de eigen traditie-eenheid kon worden ingedeeld.

Ook werd zo de band van de Koninklijke Landmacht met de noordelijke provincies hersteld. Daarnaast waren de vele Libanonveteranen niet langer ‘thuisloos’. Ook het mobilisabele 18 Pantserinfanteriebataljon maakte deel uit van het regiment. Maar deze eenheid zou tijdens een nieuwe bezuinigingsronde in 2004 worden opgeheven.

In 1999 kreeg het regiment het regimentsvaandel. De bataljons- en regimentscommandant, luitenant-kolonel H.J. Maijers ontving het vaandel uit handen van de Bevelhebber der Landstrijdkrachten luitenant-generaal M. Schouten. De heroprichting van 44 Pantserinfanteriebataljon en het regiment was hiermee een feit.

Vergroot afbeelding Luitenant-kolonel Maijers ontvangt het regimentsvaandel uit handen van luitenant-generaal Schouten. Archieffoto: ministerie van Defensie.
Luitenant-kolonel Maijers ontvangt het regimentsvaandel van luitenant-generaal Schouten.

Terug in gelid

Met de heroprichting, zo stelde de bevelhebber, “keert het oudste infanterieregiment weer in de gelederen van de Koninklijke Landmacht terug”. Voorafgaand aan deze plechtigheid onthulde hij het nieuwe Libanonmonument. Dit is het huidige JWF-monument. Hierbij schonk hij het regiment een buste van prins Johan Willem Friso.

Ruim een jaar na de heroprichting ging het bataljon al op uitzending naar Bosnië. Het werd de eerste in een lange reeks uitzendingen.