De Tweede Wereldoorlog

Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog hebben Grenadiers en Jagers op enkele plaatsen korte tijd heftig gevochten. In mei 1940 waren ze belast met de verdediging van de vliegparken rondom Den Haag (Ypenburg en Ockenburg) en Rotterdam (Waalhaven). Daarnaast zijn er verschillende eenheden ingezet in het Westland, bij Delft en Overschie. 23 en 24 R.I. (Regiment Infanterie) waren samengestelde onderdelen uit de regimenten Grenadiers en Jagers. Deze regimenten maakten deel uit van Groep Merwede (23 R.I.) en Brigade B in het Land Maas-Waal (24 R.I.). 24 R.I. is ingezet bij de Grebbeberg.

Vergroot afbeelding Neergeschoten Duits vliegtuig bij Ypenburg in de Meidagen van 1940.
Beeld: Collectie Haags Gemeentearchief.
Neergeschoten Duits vliegtuig bij Ypenburg in de Meidagen van 1940.

Ypenburg

Het 3e bataljon van het Regiment Grenadiers was belast met de verdediging van Vliegpark Ypenburg. In de vroege ochtend van 10 mei werden de verdedigers overvallen door een Duits bombardement dat werd opgevolgd door parachutisten en luchtlandingstroepen. Hoewel de Duitse eenheden flinke verliezen leden, slaagden zij erin het vliegpark voor 8 uur ’s ochtends te veroveren. Maar dit was slechts voor even. Een tegenaanval bracht het vliegpark, ondanks zware tegenstand, omstreeks 4 uur ’s middags weer in Nederlandse handen.

Vergroot afbeelding Het Ridderdiploma, de medaille en foto van reserve-eerste-luitenant F. H. Warnaars. Foto: Rob Gieling
Beeld: Rob Gieling
Het Ridderdiploma, de medaille en foto van reserve-eerste-luitenant F. H. Warnaars.

Hierbij moest ook de strijd worden aangebonden met Duitse parachutisten die zich verscholen hadden in enkele boerderijen rond het vliegveld. Na felle gevechten gaven ook zij zich over. Reserve-eerste-luitenant der Grenadiers ir. F.H. Warnaars ontving voor zijn dappere optreden op Ypenburg de Militaire Willemsorde 4e klasse.

Vergroot afbeelding Plattegrond aangetroffen bij een gesneuvelde parachutist op Ockenburg met routebeschrijving naar Paleis Noordeinde.
Beeld: NIMH.
Plattegrond aangetroffen bij een gesneuvelde parachutist op Ockenburg met routebeschrijving naar Paleis Noordeinde.

Ockenburg

De verdediging van Vliegpark Ockenburg verliep aanvankelijk rampzalig. 22 Depotcompagnie Bewakingstroepen die het vliegpark moest verdedigen bestond uit rekruten die pas sinds februari 1940 in dienst waren. Duitse luchtlandingstroepen slaagden er daardoor in het vliegpark te veroveren. Toch wisten de bewakingstroepen de Duitsers zodanig te vertragen dat van een snelle opmars naar Den Haag geen sprake was. Daarnaast kreeg de compagnie al gauw steun van eenheden uit de omgeving van Ockenburg. De Duitse eenheden konden daardoor niet standhouden op het vliegpark. Rond het middaguur organiseerden de Grenadiers een tegenaanval vanuit Den Haag. Vanuit de kant van Monster snelden Jagers ter ondersteuning toe. Rond 2 uur ’s middags was het vliegpark heroverd.

Waalhaven

Ockenburg en Ypenburg bleven tot de capitulatie van 14 mei in Nederlandse handen. Dit was niet het geval met Waalhaven, het vliegpark bij Rotterdam. Hier was de verdediging in handen van het 3e bataljon van het Regiment Jagers. Door slechte verbindingen, falende gevechtsleiding en een verkeerde opstelling van de verdediging viel het vliegveld snel in Duitse handen. De Duitse parachutisten vielen de 1e en 2e compagnie in de rug aan. Daarnaast maakte de 3e compagnie zonder te vechten zich al snel uit de voeten naar Rotterdam. De Jagers moesten hier veel doden en gewonden betreuren.

Grebbeberg

Bij de strijd rond en op de Grebbeberg zijn Jagers betrokken geweest. Ze maakten deel uit van 24 R.I. dat in het Land Maas-Waal was gelegerd. Deze eenheid kreeg de opdracht naar de Grebbeberg te gaan. Hier moesten ze, net als hun wapenbroeders bij Den Haag, de vijand tegemoet treden. Bij deze strijd zijn onder de Jagers veel doden en gewonden gevallen.

Het verzet

Tijdens de bezettingsjaren sloten verschillende Grenadiers en Jagers zich bij het verzet aan. Toen de geallieerden in 1944 het zuidelijk deel van Nederland bevrijdden, zijn vanuit het verzet en de Binnenlandse Strijdkrachten verschillende eenheden gevormd. Hieronder bevond zich ook 1 OVW (oorlogsvrijwilligers) Jagers, dat op 2 januari 1945 werd opgericht. Dit bataljon heeft in Zeeland en in Duitsland gediend. Na de oorlog is de eenheid naar Engeland vertrokken om vervolgens in Nederlands-Indië te worden ingezet. Dit onderwerp komt in het deel ‘Nederlands-Indië’ aan de orde.