Zr.Ms. Vlaardingen

Zr.Ms. Vlaardingen is een van de mijnenjagers van de marine. Deze schepen maken deel uit van de Alkmaarklasse.

Mijnenjager

De hoofdtaak van de mijnenjagers is het vrij houden van de zee, de kustwateren en de havenmondingen van explosieven. Daarnaast beschermen ze maritieme eenheden in een mijngevaarlijk gebied door mijnenbestrijdingsoperaties uit te voeren.

Op de boeg staat de NAVO-aanduiding van de mijnenjager: M863.

Geschiedenis Zr.Ms. Vlaardingen

  • Kiel gelegd: 6 mei 1986.
  • Te water gelaten: 10 december 1988. 
  • In dienst gesteld: 15 maart 1989.

Voorgangers

  • 1688-1700: fregat, Admiraliteit van het Noorderkwartier.
  • 1806-1806: schip.

Waar komt de naam vandaan?

Het schip is genoemd naar de gemeente Vlaardingen in de provincie Zuid-Holland.

Het is binnen de marine een oude traditie om schepen te vernoemen naar steden. Grote steden geven hun naam aan grote schepen, zoals Zr.Ms. Rotterdam en Zr.Ms. Amsterdam (2014 uit dienst gesteld) . Mijnenjagers, en vroeger de mijnenvegers, worden veelal vernoemd naar middelgrote of kleine steden.

De oudst bekende bewoning van Vlaardingen dateert van omstreeks 3.000 voor Christus, de zogenoemde 'Vlaardingen-cultuur'. Uit opgravingen blijkt verder dat het gebied rondom de Markt sinds de 7e eeuw is bewoond. Omstreeks die tijd stichtte de priester Heribald hier de eerste Vlaardingse kerk.

In 1018 kreeg Vlaardingen in de geschiedenis enige landelijke bekendheid door de slag die hier werd gevoerd door de Hollandse graaf Dirk III, tegen de Duitse keizer Hendrik II. Tegen de zin van deze keizer, die de leenheer van de graaf was, had Dirk een tol op de rivier de Maas ingesteld. Nadat Dirk het leger van de keizer had verslagen, nam de grafelijke invloed toe en werd Vlaardingen een plaats van betekenis. In het jaar 1273 werden de stad speciale rechten toegekend door Graaf Floris V. Het betrof waarschijnlijk een uitbreiding van al eerder gegeven stadsrechten.

In de 14e eeuw dreef de economie van Vlaardingen op de scheepvaart, eerst vooral de koopvaardij. Vanaf de 15e eeuw echter, werd de visserij steeds belangrijker en de hoofdbron van welvaart. Tijdens de Tachtigjarige Oorlog werd Vlaardingen door de Geuzen bijna volledig in de as gelegd (1574). Het heeft jaren geduurd eer de stad deze ramp te boven was. Dankzij de visserij keerde in de 17e eeuw de welvaart terug.

Aan het einde van de 18e eeuw had de visserij veel te lijden van de zeeoorlogen tegen Engeland. Er ontstond werkloosheid en armoede. Hierbij kwamen dan nog de patriottische woelingen, gevolgd door de overheersing door de Fransen.

Na de omwenteling in 1813 leefde de stad echter weer op. Het aantal inwoners nam toe en vanaf 1830 kon de oppervlakte van de stad aanzienlijk worden uitgebreid door de aankoop van het gebied van de ambachtsheer, ten oosten van de Oude Haven.

Na de Tweede Wereldoorlog kwam de industrialisatie van de stad volledig tot ontplooiing en terwijl de visserij uiteindelijk verdween. De ene woonwijk na de andere werd gesticht. Deze uitbreiding ontstond vooral op het grondgebied van Vlaardinger-Ambacht, een gemeente die in 1941 met Vlaardingen werd samengevoegd.

Deze plaats had Vlaardingen eeuwenlang in haar groei belemmerd, doordat haar gronden de stad Vlaardingen als een hoefijzer omsloten. Voor gebiedsuitbreiding was de stad daardoor altijd aangewezen geweest op het inpolderen van de gorzen langs de Maas. Op deze manier is het gebied ten zuiden van de Markt, tot aan de huidige loop van de Maas, tussen de 16e en 19e eeuw op die rivier veroverd.

Embleem

Het embleem is ontleend aan het gemeentewapen van Vlaardingen. Het toont een leeuw van keel (= rood).