Ongeveer 2.100 reacties op uitbreidingsplannen Defensie

Burgers, (belangen)organisaties en overheden hebben samen ongeveer 2.100 zienswijzen ingediend op de voorgenomen uitbreidingsplannen van Defensie. Veel zienswijzen komen uit Noord-Brabant/Limburg en Flevoland. De reacties gaan het vaakst over vliegen met F-35’s en het concentreren van eenheden in het midden van het land. 

Vergroot afbeelding Helikopter zoeken ruimte
Defensie zoekt ruimte om te oefenen, vliegen en bouwen.

Door de toenemende onzekerheid en dreiging in de wereld moet de krijgsmacht worden versterkt. Geloofwaardige afschrikking is het beste wapen om een gewapend conflict te voorkomen.

Het Nationaal Programma Ruimte voor Defensie (NPRD) omschrijft wat de krijgsmacht minimaal nodig heeft om aan de NAVO-verplichtingen te voldoen en Nederland veilig te houden. Het gaat bijvoorbeeld om het uitbreiden van militaire terreinen, extra opslagruimte voor munitie en meer oefenruimte.

Defensie stuurde deze noodzakelijke activiteiten 15 december naar de Tweede Kamer. Tot en met 12 februari kon iedereen reageren door een zienswijze in te dienen op deze plannen. Daar is dus volop gebruik van gemaakt.

Interactie

Staatssecretaris Christophe van der Maat is tevreden met de reacties. 

“Interactie en inbreng met de omgeving is heel belangrijk. Zo kan Defensie profiteren van de kennis van regionale overheden en omwonenden en toetsen dat niets over het hoofd is gezien. Ik verwelkom dat zo veel mensen gebruik hebben gemaakt van deze inspraakronde. Dit om ideeën en suggesties aan te dragen, op kansen te wijzen en andere op- of aanmerkingen mee te geven.”

Beantwoording

Het precieze aantal zienswijzen is nog niet vast te stellen. Per post ingediende stukken moeten nog worden verwerkt. Ook komt er nog een controle op dubbele zienswijzen.

Het aantal reacties per provincie en per activiteit wordt de komende anderhalve week op een rijtje gezet.

Beantwoording van al deze zienswijzen gebeurt via een zogenoemde Nota van Antwoord. Deze is naar verwachting begin april af. Dan is ook duidelijk of op basis van de reacties de onderzoeken naar de verschillende activiteiten en alternatieven al dan niet zijn bijgesteld. In de onderzoeksfase worden per activiteit de effecten op de omgeving in kaart gebracht.

Voor de 13 bovenregionale behoeften leidt dit proces tot voorlopige voorkeurslocaties van Defensie. Uiteindelijk beslist het nieuwe kabinet of en waar de krijgsmacht zijn activiteiten kan uitbreiden.