Watersnoodramp: interview oud-genist over zijn inzet bij de Watersnoodramp

"Ik denk dat wij in die tijd heel erg flink waren en dat wij dingen deden die wij niet voor mogelijk hielden. Vergeet niet: wij waren jongens van 19 jaar. Er waren ook boeren die zeiden: Wij hoeven niet gered te worden, want dit is Gods woord. Ik blijf wel hier, maar neem in ieder geval mijn varkens mee. Ja, dat was triest, maar aan de andere kant, je was al weer met het volgende bezig."

Interview uit 2018.

Wij lagen te slapen en om 5 uur werden we gewekt. En de eerste gedachte was bij ons: dit is een oefenalarm. En toen kwam dus de generaal Puffius, die was toen gouverneur van de KMA, en die kwam met z'n historische woorden: Er is ons een grote ramp geschied. Op pad, steunverlening en veel succes, veel sterkte. Het was eigenlijk één grote chaos. Maar, heel eerlijk, we vonden het ook spannend. 
Er waren in die tijd geen verbindingen. Er was nauwelijks iets bekend, dus wij zijn achterin de 3-tonners, in 4 detachementen, zijn we naar het rampgebied gebracht. Golven, water en wind. Met een paar man ging je onderweg. We hadden maar heel weinig bootjes. Maar er zijn ook mensen, die hebben wadend door het water mensen gedragen. En ook dat was eigenlijk levensgevaarlijk. Ik denk dat we in die tijd heel erg flink waren en dat we dingen deden die we eigenlijk niet voor mogelijk hielden. Vergeet niet, wij waren 19 jaar.
Er waren ook boeren, en die zeiden: Wij hoeven niet gered te worden, want dit is Gods woord. Ik blijf wel hier, maar neem in ieder geval mijn varkens mee. Ja, dat was triest, maar aan de andere kant, je was al weer met het volgende bezig. De eerste 4 dagen zijn we bezig geweest met mensen redden. En toen tienduizenden zandzakken gevuld in een 3-ploegenstelsel, 24 uur per dag, 7 dagen lang. 
Internationaal heeft die ramp ook een hele grote indruk gemaakt. De genietroepen van Frankrijk, Engeland, Amerika, Duitsland, België, die zijn allemaal hier ingezet voor deze watersnoodramp. Het feit dat dat een immense militaire organisatie, operatie geweest is. Ik denk dat die in vredestijd nog nooit zo groot is geweest als toen.
Als je later, dus jaren later, collega's tegenkwam dan was het niet de vraag: Wanneer ben je opgekomen, maar: Ben je van voor of na de watersnood.