1 jaar na de invasie in Oekraïne

Toespraak 'Ook jullie oorlog' van Defensieminister Kajsa Ollongren tijdens bijeenkomst Atlantische Commissie. Over de oorlog in Oekraïne, de toekomst van de Europese veiligheid en de rol van Nederland. De bijeenkomst was 23 februari 2023 in Den Haag.

Goed om hier te zijn.
Veel dank aan de Atlantische Commissie voor het organiseren van deze bijeenkomst.
Op dit belangrijke moment.

Eén jaar grootschalige Russische invasie in Oekraïne.
Een oorlog die al eerder begon.
Toen in 2014 Poetin de Krim annexeerde.
Om de Donbas wordt al 9 jaar gevochten.
Ook Nederland is daar al lang van doordrongen.
Het neerhalen van vlucht MH17 was een gitzwarte bladzijde.

De vroege ochtend van 24 februari staat in ons geheugen gegrift: luchtaanvallen op Oekraïense steden, Russische tanks die Kyiv naderden, Oekraïners die een veilig heenkomen zochten.
“De vreselijkste zonsopgang van mijn leven” sprak de Oekraïense Sasha vanuit Charkov die dag.
We werden wakker in een andere wereld.
De internationale veiligheidsorde schudde op zijn grondvesten.
Poetin had een grootschalige oorlog teruggebracht naar Europa.

Waar staan we na een jaar?
En hoe zorgen we dat Oekraïne de strijd voor vrijheid volhoudt?

Eén conclusie die we kunnen trekken:
de snelle verovering die Poetin voor ogen had, is mislukt.
Hij onderschatte de Oekraïners. Hij onderschatte Europa en de NAVO.
Poetin zaaide dood en verderf, maar oogstte eensgezindheid en vastberadenheid.
Eén jaar na de inval zijn géén van zijn militaire of politieke doelen in zicht.

De Oekraïense krijgsmacht houdt stand: moedig, trots en vastberaden.
En wij steunen hen.
Het komt nu aan op volhouden, versnellen en vooruitdenken.
Op betrokkenheid, eenheid en draagvlak.

Video: 3 militairen vertellen hoe ze betrokken zijn bij de oorlog

Toespraak gaat verder onder de video.

1 jaar invasie in Oekraïne.
Sergeant Nick, training Oekraïense rekruten / 13 Lichte Brigade:

Op 15 november zijn wij samen met collega's van 17 Pantserinfanteriebataljon naar Noord-Engeland gestuurd om daar Oekraïense burgers op te leiden tot militair. Zonder enige ervaring, de meest waren of advocaat, mijnwerker, slager, bakker, en dan moet jij ze gaan opleiden. 

Hoe dichtbij kwam de oorlog?
Het kwam inderdaad wel dichtbij. De verhalen die de Oekraïners aan ons vertelden, mensen die familieleden waren verloren, huizen kapot, steden verwoest. 

Wat heb je ze geleerd?
We hadden 5 weken de tijd en daarin moesten we ze de basis militaire skills en drills leren, zoals het graven van een schuttersput, overleven te velde, schieten met een AK47.

Hoe belangrijk is jouw werk?
Ik hoop dat ze het lang kunnen uithouden op het slagveld met de kennis die wij ze gegeven hebben. Alleen, deze jongens gaan wel na 5 weken gelijk terug naar het slagveld en dat doet wel wat met je. 

Majoor Angelo Wouters, Onderzoek Oorlogsmisdaden / Forensisch opsporingsteam marechaussee:
Wij zijn als marechaussee gevraagd om onder vlag van het ICC opsporing te doen naar vermeende oorlogsmisdaden. En ik heb als commandant leiding mogen geven aan een grote groep met specialisten afkomstig vanuit alle onderdelen van Defensie.

Wat hield je opdracht in?
De digitale experts zijn ingezet op een forensisch instituut. Daar hebben wij gegevensdragers opengemaakt, dus telefoons, iPads, laptops. Daarnaast is een groot deel van het team buiten bezig geweest en daar hebben we bijvoorbeeld in vernietigde gebouwen sporen gezocht en ook nog een lichaam terug kunnen geven aan een familie. 

Hoe belangrijk was deze opdracht?
Het is belangrijk werk omdat met name bij het onderzoek dat we daar hebben gedaan wij het verschil kunnen maken in het leven van onschuldige slachtoffers. Maar ook het ervaren van steun en het feit dat men niet aan hun lot wordt overgelaten. Oorlogsmisdaden, in welke vorm dan ook, mogen nooit onbestraft blijven. 

Luitenant-kolonel Patrick Vreeburg, beveiliging luchtruim Oost-Europa / commandant 312 Squadron
Op die ochtend van de 24e, ik werd wakker en m'n vrouw zei: ben je nog niet gebeld, want Rusland is Oekraïne binnengevallen. En op dat moment ging mijn telefoon, we gaan vandaag vliegen. We hadden natuurlijk al een aantal dagen van voorbereiding er al op zitten. Ik ben aan het werk gegaan en een paar uur later hingen onze vliegtuigen in de lucht. 

Wat was jullie opdracht?
De opdracht was een stuk luchtruim in het oosten van Polen, om dat te gaan beveiligen. En daarbij duidelijk maken met een statement richting de Russen, wij staan voor het grondgebied en het luchtruim van de NAVO. 

Ben je trots op deze bijdrage?
We moesten best wel schakelen van vredestijd naar inzet eigenlijk. Als je dan ziet hoe iedereen daar de schouders onder zet en dat we er binnen 1,5 dag klaar voor waren, ja dat maakt mij heel erg trots. 

In de video waren ónze militairen aan het woord.
Samen met onze bondgenoten verdedigen we het NAVO-grondgebied.
Schrikken we Rusland af.
Trainen we Oekraïense militairen.
Kleinschalig begonnen, grootschalig doorgegaan.
Verzamelen we bewijs voor oorlogsmisdaden.
Oorlogsmisdaden mogen nooit ongestraft blijven.
Leveren we wapens en munitie aan Oekraïne.

In het eerste fragment zagen we Oekraïense rekruten, die nu vechten aan het front.
In Bachmoet, Charkov, Voehledar.
In loopgraven die doen denken aan de Eerste Wereldoorlog.
Alleen dan in kleur en met drones die erboven vliegen.

Jullie leeftijdsgenoten, van de studenten in de zaal.
Zij zitten niet in de collegebanken of op hun werk.
Terwijl dat tot een jaar geleden ook hún leven was.
Advocaten, bakkers, mijnwerkers, studenten.

Waarom is het belangrijk daarover te spreken?

Omdat onze betrokkenheid bepaalt wie deze oorlog wint.
Jullie betrokkenheid.
De Oekraïners vechten op de grond.
Zij verdedigen hun land en betalen de hoogste prijs.
Maar daarmee alleen redden ze het niet.

Dit is niet alleen een oorlog van staal tegen staal.
Dit is óók een oorlog van vrijheid tegen onderdrukking.
En een strijd om blijvende betrokkenheid. Want oorlog mag niet wennen.

De Oekraïners vechten, maar wij zijn géén toeschouwer in het conflict.
Op 24 februari vorig jaar stond Europa op.
Het Europa, waar we dachten, hoopten en wensten dat oorlog tot het verleden behoorde.
Het Europa, waar miljoenen zoals jullie opgroeiden in een tijd van globalisering, van welvaart, hoop en handel.
Een Europa waar de grenzen vervaagden, waar studeren in het buitenland – dankzij het Erasmusprogramma – veel normaler was dan een carrière bij de krijgsmacht.
Een Europa waar je geschillen uitvecht bij de stembus, voor de rechter of aan de onderhandelingstafel.
Heel soms in de kroeg, maar in elk geval niet gewapend.

Dat Europa besloot niet toe te kijken. Dat Europa kwam in actie.
Militaire steun kwam op gang en net als in Nederland groeiden de Defensiebudgetten in andere Europese landen.
In het afgedwongen besef dat onze vrijheid niet gratis is, dat daar een prijskaartje aan hangt.
Dat we beter moeten samenwerken.
We hebben er onvoldoende aan gedaan om fragmentatie en versnippering tegen te gaan.
Dat we meer van elkaar kunnen leren.
Wat mij betreft geven we onze jonge militairen de kans die jullie ook hebben:
Een militaire variant van het Erasmus-programma.

Europeanen stelden hun harten open maar ook hun huizen.
Hulpacties kwamen op gang.
In klaslokalen werd een extra stoel bijgezet.
Universiteiten toonden zich solidair, met de Oekraïense studenten en Russische vrijdenkers.
Laat deze solidariteit en gastvrijheid een voorbeeld zijn.
Een voorbeeld hoe we alle mensen die vluchten voor oorlog en geweld willen ontvangen. 

84% van de Nederlanders staat achter de huidige steun voor Oekraïne.
88% steunt de NAVO, zo bleek uit onderzoek van de Atlantische Commissie.
Hoopgevende cijfers.
Ook in de Tweede Kamer is breed draagvlak voor de militaire steun.

En waarom eigenlijk?
Veel Nederlanders weten dat ook onze vrijheid op het spel staat. Als we hier geen grens trekken, waar ligt dan de grens?
Dan zijn Moldavië en de Baltische Staten de volgende op het lijstje van het gedroomde imperialistische Groot-Russische Rijk.
En reken maar dat China en andere regimes meekijken.
Komt Poetin hiermee weg, dan is de wereld zoals we die kennen geen gegeven maar een kaartenhuis.

Daarom.
Daarom is deze oorlog ook onze oorlog.
Jullie oorlog.

Het draagvlak is er. Op dit moment.
En die eensgezindheid is het machtigste wapen dat we hebben.
Dat Poetin dat ook beseft, zien we aan de verhardende oorlogsretoriek vanuit het Kremlin.
We zien zijn verhaal veranderen.
De aanval begon als een ‘speciale militaire operatie’ om Oekraïne te ‘denazificeren’.
De Donbas moest worden bevrijd van genocide door de Oekraïners, zogenaamd.

Toen dat niet binnen drie dagen lukte, werd het script gewijzigd.
Poetin zei geen keus te hebben gehad.
De ‘speciale operatie’ was nodig omdat de NAVO oprukte naar het oosten en het vijandige Westen Rusland dreigde te omsingelen.

In zijn ‘Staat van de Unie’-toespraak ging hij dinsdag nog verder:
het Westen is de oorlog in Oekraïne begonnen, op zoek naar ‘onbeperkte macht’.
Het Westen wil Rusland vernietigen en is van plan ‘het lokale conflict te vertalen in een wereldwijde confrontatie.’

De retoriek verhardt én verspreidt zich naar elders in Europa.
De doelgroep is allang niet meer alleen de eigen bevolking.

Ik zal jullie zeggen waarom mij dat zo’n zorgen baart.
Ondanks het vertrouwen in Zelensky en de moedige Oekraïners, maakt Poetin nog altijd kans om deze oorlog te winnen.
Zijn grootste kans schuilt duidelijk niet in militair-strategische inzichten.
Of het spelen van Russisch roulette met mensenlevens.
Het schuilt ook niet in de moraal van het Russische leger, dat beduidend lager ligt dan bij de Oekraïners.
Zijn kans ligt bij ons: in het uiteenvallen van onze eenheid. Zeker naarmate de oorlog voortduurt.

Extreemrechts in Nederland, andere Europese landen en het bredere Westen heeft Poetin lang geleden in de armen gesloten.
Wat deze politici bindt, is de verheerlijking van achteruitgang.
Van het terugdraaien van verworven rechten waar hele generaties decennia voor hebben gevochten.

Samenlevingen worden toleranter, multicultureler, diverser - ook in hun leiderschap en volksvertegenwoordiging.
Het regime van Poetin is bang voor deze vooruitgang.
Zo bang dat zij het met geweld proberen terug te draaien.
En extreemrechtse politici zijn de dankbare cheerleaders.

Dus, wat kunnen we doen?
Wat mij betreft hebben we een gedeelde missie.
Net zoals we bij de NAVO en de EU op alle niveaus aan versterking werken, kan dat ook vanuit de collegebanken, op straat, op verjaardagen, op het werk en in het stemhokje.

Laten we er met elkaar voor zorgen dat we niet wennen aan deze oorlog.
Laten we elkaar blijven uitleggen waarom dit ook onze oorlog is.
Waarom het belangrijk is dat we Oekraïne blijven steunen. Uitleggen wat er op het spel staat. In de strijd voor blijvende betrokkenheid zijn wij allen ambassadeur.
Zo lang als nodig.

Ik rond af.

We zijn een jaar verder.

Komende dinsdag is het een jaar geleden dat Rusland die andere nationale trots van Oekraïne verwoestte: het grootste vliegtuig ter wereld, de Antonov An-225 met de prachtige naam ‘Mrija’, wat ‘droom’ betekent.
Ik heb dat verwoeste vliegtuig gezien op het vliegveld van Kyiv.

Oekraïne zwoer het vliegtuig te herbouwen, maar vooral de droom waar te maken van een sterk, vrij en democratisch Oekraïne. 

Zij geven niet op.

Ik ben blij en trots dat wij hen daarbij blijven helpen.

Videoboodschap: Oekraïense minister van Defensie Oleksii Reznikov spreekt tot de aanwezigen (Engels)