Toespraak minister Kajsa Ollongren bij Srebrenica-herdenking in Potočari

Toespraak van minister van Defensie Kajsa Ollongren bij Srebrenica-herdenking in Potočari, 11 juli 2022.

Mothers, Families, Survivors, Your Excellencies, Ladies and gentlemen,

Deze plek bewaart al 27 jaar een vreselijke herinnering, waar ook ik diep van doordrongen ben. Het is een herinnering aan diepe angst en onzekerheid: bij al die mensen die hier in juli 1995 wanhopig naar bescherming zochten. Maar ook een herinnering aan grote machteloosheid: bij de VN-soldaten die hen zo graag hadden willen beschermen.

Dit is úw herinnering. Het is ónze herinnering. Een herinnering aan de vreselijke genocide, die niet mag verdwijnen in de geschiedenis. Want uw diepe verdriet en uw gemis, ze zijn hier en nu. En wij delen die met u - elke 11 juli opnieuw.

We doen dat in het confronterende besef dat meer dan 8.000 geliefde mensen hier hun leven en hun stem verloren. Sommigen van hen hebben nog altijd geen laatste rustplaats gevonden.

En toch kunnen we ál hun stemmen nu nog horen, in de stilte: als een eeuwigdurende cry from the grave. Die stille schreeuw roept ons - de levenden - op om ónze stem elke dag te gebruiken. Om de hele wereld eraan te herinneren wat hier is gebeurd. Aan de belofte dat de internationale gemeenschap u zou beschermen. Aan de 2 jaar en 4 maanden, waarin VN-militairen die belofte uitvoerden. In de veronderstelling dat het genoeg zou zijn. Ook Nederland deed daaraan mee, met de beste intenties.

Ondanks dat is Srebrenica nietsontziend onder de voet gelopen. Waarna onze militairen bleven doen wat ze konden, om hun taak zo goed mogelijk uit te voeren en weerloze mensen te beschermen.

De gebeurtenissen van juli 1995 hebben geleid tot diep menselijk leed. Leed dat tot op de dag van vandaag hier voelbaar is.

We kunnen dit leed niet van u wegnemen. Maar wat we wel kunnen doen is de geschiedenis recht in de ogen kijken.

De afschuwelijke genocide is de schuld van slechts een partij: het Bosnisch-Servische leger. En gelukkig zijn belangrijke verantwoordelijken inmiddels berecht door het International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia (ICTY) in Den Haag.

Maar ondanks dit feit faalde de internationale gemeenschap in de bescherming van de mensen van Srebrenica. Als deel van deze gemeenschap deelt de Nederlandse regering in de verantwoordelijkheid voor de situatie, waarin dit kon gebeuren. Daarvoor bieden wij onze diepste excuses aan.

De herinnering aan juli 1995 verbindt Bosnië en Nederland voor altijd. Samen maakten we de donkerste dagen van deze plek mee. En die ervaring heeft ons een gezamenlijke stem gegeven.

Een stem die we moeten laten horen als elders in Europa een oorlog woedt, waar onschuldige mensen sterven - en wij blijven zeggen: never again. Een stem die we moeten laten horen als ándere stemmen de genocide ontkennen - óf doelbewust polarisatie in onze samenlevingen aanwakkeren. Deze plek leert ons waartoe dat kan leiden.

Daarom laten we onze stem híer horen, in het Memorial Center in Potočari. En we zullen ook niet rusten voordat álle slachtoffers hier een laatste rustplaats hebben gevonden. En we laten onze stem óók horen in Den Haag - de internationale stad van vrede en recht - waar gewerkt wordt aan een nationaal monument voor de genocide van Srebrenica. Nabestaanden en veteranen van Dutchbat werken er samen aan - met 1 stem.

Met die ene stem willen wij bouwen aan een toekomst van vrede en hoop.

Vandaag, maar ook morgen en daarna. Op deze plek, maar ook in Nederland en overal waar onze stem kan en moet klinken.