Draaginsignes militaire oorlogs- en dienstslachtoffers symbool van erkenning
De Bond van Nederlandse Militaire Oorlogs- en Dienstslachtoffers (BNMO) bestaat 80 jaar. Dit eikenhouten jubileum is zaterdag in Doorn gevierd. Bij deze gelegenheid kregen 6 oorlogs- en dienstslachtoffers het nieuw ontwikkelde draaginsigne. Een van hen keek mee via een livestream en ontvangt het ereteken later.
De gedecoreerden ontvingen de onderscheiding uit handen van Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht viceadmiraal Boudewijn Boots. Hij noemde dit eerste draaginsigne van de BNMO “een symbool van erkenning en herkenning”.
Kracht en verbondenheid
“De BNMO is altijd een bron van kracht en verbondenheid geweest”, hield Boots de aanwezigen voor. Toen de vereniging in 1945 werd opgericht, was er nauwelijks iets geregeld voor militairen die zwaar gewond terugkeerden uit de oorlog. “Er was geen vangnet, geen structuur. Wat er wél was: onderlinge kracht. Mannen en vrouwen die zeiden: ‘Als niemand het doet, doen wij het zelf.’ Zo begon het, met zorg voor elkaar.”
De BNMO is sinds jaar en dag de belangenbehartiger voor deze slachtoffers en hun relaties. De organisatie zorgt op veel verschillende manieren voor hun leden. Die bestaat uit (oud-)militairen en (oud-)werknemers van politie en brandweer met een dienst-gerelateerde aandoening en hun relaties.
De organisatie stond aan de basis van faciliteiten die vandaag vanzelfsprekend lijken. Denk aan de woonvoorzieningen voor veteranen in Doorn, het nazorgsysteem en de eerste revalidatieprogramma’s. Maar ook het nationaal Veteranen Platform, de gehandicaptensport en het Nederlands Veteraneninstituut komen uit de BNMO voort. Boots: “Als je terugkijkt op 80 jaar, dan liep de BNMO voorop als het ging om zorg en steun.”
Nederlands Veteraneninstituut
De laatste decennia veranderde de omgeving en de samenleving waarin de BNMO opereert. Het zorglandschap versnipperde. Meer organisaties richten zich op veteranen en oorlogs- en dienstslachtoffers.
Vanaf januari 2026 voert daarom het Nederlands Veteraneninstituut de activiteiten uit. Die zijn gericht op herstel en ondersteuning van alle militaire oorlogs- en dienstslachtoffers en hun relaties. Zij hebben dan toegang tot dezelfde hulp en ondersteuning, zoals ook in de Veteranenwet is beschreven.
Volgens Boots blijft de BNMO daarbij een belangrijke rol vervullen als belangenorganisatie en stem van de doelgroep. Ook blijft de vereniging als adviseur betrokken bij de ontwikkeling van activiteiten.
Boots feliciteerde de gedecoreerden met het motto van voormalig voorzitter BNMO Willem ‘Bib’ van Lanschot: “Je bent pas verslagen, als je het zelf opgeeft.”