Visitatiecommissie stopt, maar veiligheid blijft topprioriteit

De Visitatiecommissie Defensie en Veiligheid presenteerde vandaag haar 3e en laatste jaarrapport. De commissie werd ingesteld na verschillende ernstige veiligheidsincidenten. Het doel was het monitoren van de voortgang en uitvoering van het plan van aanpak ‘Een veilige defensieorganisatie’.

Minister Ank Bijleveld-Schouten: “Ik wil de commissie bedanken voor haar belangrijke werk. Veiligheid is voor mij en de staatssecretaris vanaf het begin van onze termijn een topprioriteit. De commissie heeft ons scherp gehouden en gemotiveerd om te blijven verbeteren. Zij heeft een waardevolle bijdrage geleverd aan de veiligheid binnen Defensie.”

De commissie concludeerde bij haar aantreden dat er sprake was van een ‘uitgeholde’ organisatie waar de ‘can-do-mentaliteit’ sterk leefde. Hierdoor was er een aanzienlijk risico op incidenten en ongevallen. Bijleveld: “Duidelijk was dat veiligheid een prominente plaats moest krijgen in de besluitvorming op alle niveaus. Te beginnen bij de top. Dat was dan ook, samen met het versterken van de veiligheidsorganisaties, de kernboodschap van het plan van aanpak.” 

Prominente plek

“Daarnaast wordt veiligheid steeds meer onderdeel van de reguliere bedrijfsvoering”, aldus staatssecretaris Barbara Visser. “Dit komt terug in grote thema’s zoals het vastgoed, waar veiligheid een onderdeel is van de ingezette verbeteringen. Maar ook op persoonlijk gebied; zo is veiligheid tegenwoordig een verplicht onderdeel van elk functioneringsgesprek.”

Met de oprichting van de Directie Veiligheid en de Inspectie Veiligheid Defensie (IVD) heeft veiligheid een prominente plek in de organisatie. Er is een plan van aanpak en er zijn concrete verbeteringen doorgevoerd. Onder meer op het gebied van schieten, munitie, duiken en sociale veiligheid. Bijleveld: “Wij zijn verheugd dat de commissie deze positieve ontwikkelingen ook ziet. De 5 aanbevelingen en het advies voor de toekomst die de commissie ons geeft, nemen wij uiteraard ter harte.”

Aanbevelingen

De commissie constateert inderdaad dat de veiligheidscapaciteit is vergroot, maar nog niet altijd voldoende. Bij enkele specialistische functies is bijvoorbeeld vertraging opgetreden. Het werven van schaarse veiligheidsexpertise of het opleiden van deze functionarissen kost meer tijd. De commissie vindt ook dat daar bovenop meer capaciteit nodig is. Met deze extra capaciteit kunnen de Defensieonderdelen de plannen voor de Agenda voor Veiligheid uitvoeren. De Agenda is de doorontwikkeling van het plan van aanpak, die mede op advies van de commissie is opgesteld.

Niet meer, maar beter veiligheidsbeleid

De op zich goede plannen en initiatieven, vertonen volgens de commissie alleen niet altijd de juiste samenhang. Bijleveld: “Wij delen de conclusie dat de nadruk op de uitvoering van de bestaande plannen moet liggen. Daarom richten wij ons met prioriteit op de uitvoering van de resterende maatregelen uit het plan van aanpak én de Agenda voor Veiligheid. Om de Defensieonderdelen hierin te faciliteren reserveren wij de komende 2 jaar € 32,2 miljoen extra, zodat elk Defensieonderdeel haar plan kan uitvoeren. Of het nu gaat om het communiceren over risico’s of het in samenhang brengen van het beleid en de plannen; we werken er aan.”

Een andere aanbeveling is het zorgen voor voldoende deskundigheid in de organisatie. Een advies dat inmiddels wordt opgevolgd, is ervoor zorgen dat specifieke functionarissen hun functie langer kunnen bekleden. Om het kennisniveau te verhogen en die langer te behouden voor een eenheid.

Transparantie

De commissie adviseert ook om open een eerlijk te communiceren over risico’s. Staatssecretaris Visser: “Het werk bij defensie moet zo veilig mogelijk worden uitgevoerd. Echter is niet elk risico uit te sluiten, dit hoort bij de taakstelling van Defensie. De opvatting van de commissie dat heldere communicatie hierover bijdraagt aan risicoacceptatie deel ik. We gaan graag nader in gesprek met de commissie over hoe we die risico’s zowel intern als extern beter kunnen communiceren.”   

Toekomst

Met het oog op de toekomst vindt de commissie de ontwikkeling van een samenhangend veiligheidsmanagementsysteem essentieel. Dit systeem moet voortdurend kritisch worden beoordeeld. Nu de commissie is gestopt, is het aan onder andere de IVD om de organisatie scherp te houden.

Opleidingen en bevoegdheden

De 4e aanbeveling heeft betrekking op opleidingen en het waarborgen van ‘veiligheid’ als kernwaarde van Defensie. Daarvoor schoolt Defensie het huidige personeel bij. Instromend personeel wordt in de initiële opleidingen aangeleerd dat veilig werken en veilig met elkaar omgaan de norm is.

Ten 5e moeten commandanten genoeg bevoegdheden hebben om hun verantwoordelijkheden waar te maken. Een commandant moet weten dat hij altijd de bevoegdheid heeft om het werk stop te zetten als hij risico’s te groot vindt.