Eerste grote medaille-uitreikingen sinds coronacrisis
Voor het eerst sinds het begin van de coronacrisis zijn er weer grote medaille-uitreikingen in de aanwezigheid van familie, partners en vrienden. Vandaag en morgen krijgen zo’n 900 militairen de Herinneringsmedaille Internationale Missies in de Brabanthallen te Den Bosch. De onderscheiding is voor iedereen die minimaal 30 dagen aaneengesloten deelnam aan een vredesinzet.
Vandaag overhandigde minister Kajsa Ollongren zo’n 500 militairen de medaille voor missies in Afghanistan, Midden-Oosten en Mali. Morgen is er eenzelfde ceremonie op dezelfde plek. Dan overhandigt viceadmiraal Boudewijn Boots een kleine 400 militairen het waarderingsteken voor hun inzet in Irak, Jordanië, Koeweit en Litouwen.
De minister prees de militairen voor hun professionele optreden, het getoonde aanpassingsvermogen en hun veerkracht. Met name noemde ze de laatste lichting militairen die voor Resolute Support in het Afghaanse Mazar-e-Sharif zat.
Ollongren: “De reguliere missie werd opeens een operatie om onze mensen en middelen zo snel en veilig mogelijk naar huis te krijgen.” Dit betekende dat de paraatheid omhoog moest en er met spoed extra troepen werden ingebracht voor de beveiliging. “Juist deze ommezwaai maakte de missie voor velen van u interessant en dynamisch. In nauwe samenwerking met onze internationale partners moest u in korte tijd de redeployement in de steigers zetten. Een enorme logistieke operatie”, vervolgde de minister.
Individueel uitgezonden militairen
Onder de decorandi, vandaag en morgen, bevinden zich ook individueel uitgezonden militairen. Neem luitenant-kolonel Engelbert. Hij zat vorig jaar 6 maanden in Mali voor de Europese trainingsmissie (EUTM). Hij trainde er officieren in het inlichtingenwerk. In technieken om informatie te verkrijgen, te ordenen en te delen. Het zijn vaardigheden die een groot verschil maken voor de officieren.
Russische inval
De grootste groep die morgen de medaille krijgt, zijn ongeveer 200 militairen van de enhanced Forward Presence in Litouwen. Zij kwamen begin dit jaar terug naar Nederland toen de spanning hard opliep, maar Rusland Oekraïne nog niet was binnengevallen. Toch heeft de dreiging met terugwerkende kracht ook impact op hun inzet.
Hierover zei hun commandant luitenant-kolonel Timo eerder dat de Litouwers de dreiging altijd al voelden. “Zij zien de NAVO als de enige reden dat hun land nog bestaat. Die urgentie kregen we in Nederland minder makkelijk tussen de oren. Dat is met de Russische inval in één klap veranderd. Er is niemand meer die niet begrijpt waarom we daar zitten.”
Ruim boven de 40 graden
Andere militairen kregen weer met andere uitdagingen te maken. Zoals de Force Protection eenheden in Jordanië en Irak. Daar steeg het kwik tot ruim boven de 40 graden Celsius terwijl de aandacht geen moment mocht verslappen.
Ook het thuisfront werd niet vergeten. Voor hen was er de speld in de vorm van een anjer en ‘de grootste helden’ kregen een kindermedaillon als dankbetoon.