Veteranenvoorvechter Jacques Brijl overleden

Luitenant-kolonel b.d. Jacques Brijl, drager van onder meer de Bronzen Leeuw, is deze week op 94-jarige leeftijd overleden. Brijl genoot bekendheid vanwege zijn grote verdienste voor veteranen en de Indische veteraan in het bijzonder. Hiervoor reikte toenmalig minister Jeanine Hennis-Plasschaert hem in 2014 het ereteken voor verdienste in goud uit.

Dat Brijl uitzonderlijk maatschappelijk betrokken was, blijkt wel uit het feit dat hij in 2003 een Koninklijke onderscheiding kreeg. Deze was voor zijn inzet voor onder meer Terre des Hommes.

Sinds 2011 zette Brijl zich in voor vergeten oorlogshelden. Dat zijn oud-militairen van wie hun nabestaanden, kinderen of kleinkinderen, vinden dat vader of opa vanwege zijn verdiensten in een oorlog postuum een onderscheiding verdient.

Genoegdoening

Brijl ontving stapels brieven met de vraag of hij alsnog iets kan regelen voor een gestorven vader of opa. Het antwoord was altijd: ja! In 2017 zei hij hierover in de Defensiekrant het volgende: “Veel oud-strijders voelden zich na de oorlog slecht behandeld door de Nederlandse staat. Ze zaten in kampen of maakten andere ontberingen mee. Na terugkomst in Nederland bleken ze ook nog eens huis en salaris kwijt te zijn, waardoor ze uit teleurstelling emigreerden. Een onderscheiding betekent voor de nabestaanden genoegdoening.”

Iedere aanvraag werd door Brijl grondig onderzocht. In samenwerking met Defensie controleerde hij gegevens en schreef vervolgens een verzoekschrift aan het ministerie. Bij een positief oordeel toonden de nabestaanden zich dankbaar. Niet zelden vlogen ze de overste b.d. tijdens de uitreiking om de hals. “Ik probeer het zo menselijk mogelijk te maken”, zei hij hierover.

Eervol werk

Want ondanks fysieke beperkingen probeerde Brijl de onderscheidingen altijd zelf uit te reiken. “Ik vind het eervol werk, al spreek ik liever van voldoening. Eervol is het voor de mensen die de postume onderscheiding verdienen en hun familie. Zoals gezegd beschouwen zij het eerbewijs als erkenning en eerherstel.”