Drukke week voor blussende helikopterbemanningen

Helikopterbemanningen van de luchtmacht oefenen 2 keer per jaar met de brandweer het blussen van heidebranden. Deze praktijkdagen gebeuren voor en na de droge maanden. Vandaag stond de 1e oefening op het programma. Toevallig bewezen de blussende heli’s juist deze week ook hun waarde bij andersoortige branden.

Vergroot afbeelding Een blushelikopter. Onder de helikopter hangt een bambi bucket.
Onder de Cougar kan een bambi bucket van 2.500 liter hangen.

De vliegende brandweerlui werden dinsdag om hulp gevraagd bij een grote, industriële brand bij een autoverschroter in Den Bosch. Kapitein Jacko is gezagvoerder van een Cougar-transporthelikopter en trainde vandaag met het speciale brandbestrijdingsteam van de brandweer. Hij zag de rookkolom boven Den Bosch vanuit zijn militaire toestel, maar hoefde zelf niet in actie te komen.

Communicatie cruciaal

Jacko legt de overeenkomsten en de verschillen uit tussen het bestrijden van de ene en de andere brand. “Altijd hetzelfde is het belang van goede communicatie met de brandweer. Daarvoor hebben we het MAOT (mobile air operations team). Dit is op de grond de schakel tussen ons en de brandweer. Via de radio geven zij de wensen aan ons door. Denk bijvoorbeeld aan de exacte locatie waar ze het water willen hebben.”

Ook hetzelfde bij iedere brand is het gebruik van de zogenoemde bambi bucket. Dit zijn de grote waterzakken die voor het bluswerk worden gebruikt. Onder de Cougar kan een exemplaar van 2.500 liter hangen. In die van de grotere Chinook-transporthelikopter past zelfs 10.000 liter.

Vergroot afbeelding Een blushelikopter leegt een bambi bucket boven natuurgebied.
Zowel de communicatieprocedures als het leggen van natte verdedigingslijnen passeerden vandaag de revue.

Als een lopend vuurtje

Maar er zijn ook verschillen tussen de aanpak van een heidebrand en een brandende autosloperij. Jacko: “Een brand zoals in Den Bosch brandt op 1 plek, maar wordt in het centrum extreem heet. Daar kunnen wij dan precies boven gaan hangen voor een zogenoemde ‘spot drop’. Dit betekent ook dat we daar juist wel een beetje wind willen. Anders komt de rook recht omhoog.”

Bij heidebranden gaat het niet zozeer om de heftigheid van de brand. Daar schuilt het gevaar meer in de snelheid waarmee het vuur zich verspreidt. “Al bij een beetje wind gaat zo’n brand ‘lopen’ en dat wil je niet. Dan blussen we dus ook anders. Daar leggen we verdedigingslijnen. Dit zijn stroken die we helemaal nat maken om daar het vuur te stoppen.”

Zowel de communicatieprocedures als het leggen van natte verdedigingslijnen passeerden vandaag de revue.